FAQ

Omdat de schedel tot ongeveer de 9e levensmaand nog vervormbaar is, helpt de juiste ligpositie om de ideale hoofdvorm van de baby te ondersteunen. Daarom is het raadzaam uw baby op een zijde te positioneren. Past u wel op dat uw baby zich niet vanzelf weer op zijn rug of buik draait. Als uw baby al een asymmetrische hoofdvorm heeft, moet u de baby consequent op de vervormde, niet-vlakke kant leggen. Als u de normale hoofdvorm van uw baby wilt behouden, moet u uw baby vaker draaien, zodat hij of zij afwisselend op beide zijden ligt.

Bij een vervorming van het hoofd in de kindertijd wordt vaak ook de schedelbasis aangetast – zoals blijkt uit de verplaatsing van de oren ten opzichte van elkaar. Dit heeft een effect op de positie van de kaakgewrichten, de positie van de tanden en de evenwichtsorganen, en dus op het evenwichtsgevoel. Als de informatie van de evenwichtsorganen verstoord is, heeft dit invloed op de houding van het hoofd en de halswervels en kan dit leiden tot een scoliose van de wervelkolom.

Als het hoofdje van de baby aan de achterkant is afgeplat en de oren op één as symmetrisch ten opzichte van elkaar liggen, spreekt men van een Brachycephalus. Als het hoofdje van uw baby daarentegen aan een achterzijde platgelegen is en het oor aan dezelfde zijde naar voren geschoven is, wordt dit plagiocefalie genoemd. Brachycephalus heeft geen medische nadelen. De verschoven schedelbasis bij plagiocefalie heeft echter een negatief effect op de evenwichtsorganen, de kaakgewrichten en de verbinding met de halswervelkolom en moet worden behandeld.

Vaak wordt een hoofdasymmetrie pas enkele weken na de geboorte duidelijk. De aangedane baby’s liggen steeds vaker met het hoofdje aan één kant en worden aan één kant gedragen. Het hoofd is in de eerste weken na de geboorte zacht en vervormbaar, daardoor kan een achterhoofdzijde van het hoofd worden ‘platgedrukt’. In sommige gevallen vindt de vervorming van het hoofd al plaats in de baarmoeder, vooral in de eindhouding van het bekken en bij meerlingzwangerschappen – hier is de ruimtelijke vernauwing onmiskenbaar verantwoordelijk.

In het algemeen blijft het hoofdje van de baby vervormbaar tot het einde van het eerste levensjaar, omdat de schedelbotten nog zacht zijn.

Een correct antwoord is echter sterk gerelateerd aan de groei van het hoofd van uw kind. De groei kan gestuurd worden door positioneringstherapie. In de eerste zes maanden van het leven groeit het hoofd het sterkst – in deze tijd heeft men de grootste invloed. In de tweede helft van het eerste levensjaar kan ook de hoofdvorm van uw kind worden gecorrigeerd, dit gaat normaal gesproken niet meer zo snel. Met de positioneringstherapie is, afhankelijk van de groeisnelheid, een correctie van 1 milimeter per week tussen de 4e en 8e levensmaand waarschijnlijk.

Als het hoofdje van uw baby scheef staat, gaat u dan eerst naar een arts of therapeut en praat met hem of haar over wat u moet doen. Daar ervaart u hoe u de vorm van uw baby’s hoofdje kunt beïnvloeden, hoelang en hoe vaak u de baby op een zijde kunt positioneren en waarop men daar moet letten. Ook leert u hoe u de baby kunt helpen om zijn hoofdje niet altijd richting zijn favoriete kant te houden.

Leg uw kind op zijn of haar rug. Kijk van bovenaf naar het hoofd (vogelperspectief). Til het hoofdje van uw baby een beetje op zodat dat het recht ligt, met de neus naar boven. Beoordeel nu de vorm van het hoofdje.

  • Is er een deel van het achterhoofd afgevlakt?
  • Is het oor aan één kant van het hoofd naar voren verschoven?
  • Staat het voorhoofd iets meer naar voren?

Afhankelijk van de mate van hoofd-asymmetrie kunnen alle drie de aspecten van toepassing zijn. Bespreek de volgende stappen met uw kinderarts en vraag hem of hij een positioneringstherapie geschikt acht. De kinderarts zal ook de differentiaaldiagnose uitvoeren en beoordelen of de vervorming van het hoofd daadwerkelijk wordt veroorzaakt door een houdingsprobleem.

Het beste is dat uw baby ongeveer twee derde van de ligtijd met zijn of haar hoofdje op het achterhoofd ligt. De zwaartekracht en het gewicht van het hoofd werken samen om de groei van het hoofd onder controle te houden. Met de positioneringstherapie is, afhankelijk van de groeisnelheid, een correctie van 1 milimeter per week tussen de 4e en 8e levensmaand waarschijnlijk.

Het is van cruciaal belang dat uw kind zich niet in de buikligging kan draaien terwijl het slaapt. De brede rompriem van het VARILAG positioneringskussen zorgt ervoor dat uw kind op één zijde blijft liggen. Zo kan uw baby zich tijdens de slaap niet in de risicovolle buikpositie draaien en ook niet in zijn voorkeurstand, wat het hoofd nog meer verkeerd zou belasten. Alle materialen in dit medische product zijn getest op schadelijke stoffen en zijn geschikt voor mensen met een allergie.

Uw baby moet ongeveer 70% van de ligtijd op de zijde liggen waar het hoofdje het meest prominent is. Dit wordt meestal bereikt met het positioneringskussen tijdens het slapen. Positioneringstherapie kan echter ook in de waaktoestand plaatsvinden, hetzij met het VARILAG positioneringskussen, hetzij door corrigerende reacties en prikkels.

Het positioneringskussen van VARILAG maakt een groot verschil in de slaappositie van uw kind.
Door de brede rompriem word ervoor gezorgd dat uw baby zich niet uit de gewenste positie kan draaien. Op deze manier is niet alleen het therapeutische effect veel groter, maar wordt ook het risico op plotselinge zuigelingensterfte verminderd. Daarnaast is er veel belang gehecht aan een goede hantering, de materialen zijn getest op schadelijke stoffen en afwasbaar op 65° graden.
Het positioneringskussen is in Duitsland vervaardigd in een werkplaats voor mensen met een handicap.

Ja, de meeste (Duitse) zorgverzekeraars vergoeden de kosten als u een recept van uw arts heeft ontvangen.

Met een positioneringskussen kan de gekozen positie van het babyhoofdje tijdens de eerste weken van het leven worden gestabiliseerd. Gedurende de eerste 12 weken na de geboorte kan als alternatief uw baby afwisselend gepositioneerd worden met handdoekrollen. De holte in het kussen vergroot het contactoppervlak en vertraagt de ontwikkeling van een afvlakking van het hoofdje van uw baby. Een effectieve corrigerende behandeling wordt bereikt door de gerichte belasting van de achterkant van het hoofd.

Babyhoofdkussens vergroten alleen het contactoppervlak door een holte, maar ontlast de afgeplatte hoofdzijde niet. Ook wordt niet verhinderd dat uw baby toch weer op zijn favoriete zijde terug draait. Voor een effectieve positioneringstherapie moet echter het prominente achterhoofd worden belast. De producten zijn niet klinisch getest en de positieve effecten zijn niet bewezen. Deze producten genieten daarom niet het volle vertrouwen voor een effectieve therapie. Vanuit therapeutisch oogpunt is de kans op hoofdvervorming groter en kan het risico op plotselinge zuigelingensterfte zelfs nog groter zijn.

Sommige kinderen hebben naast een voorkeur voor hoofdrotatie ook een schuine hoofdhouding, een zogenaamde torticollis. Als een torticollis gepaard gaat met een verkorte spiermassa in de nek, kan het hoofd, naast de rotatieverstelling door het VARILAG positioneringskussen ook ondersteund worden met een extra hellend hoofdkussen, zodat de verkorte spiermassa tijdens de slaap wordt gerekt. Dit moet gebeuren in overleg met uw kinderarts of therapeut.

Wanneer de achterkant van het hoofd is afgeplat en de oren symmetrisch zijn, kan een baby hoofdkussen helpen om de druk te verlichten. In het geval van een vervorming van het hoofd, moet niet het ontlasten, maar een corrigerende belasting aan één kant van het hoofd plaatsvinden om de groei onder controle te houden. Voor de positioneringstherapie, legt u uw baby hoofdzakelijk op de zijde. Als u uw baby tijdens het slapen op de zijde ligt, moet hij of zij betrouwbaar worden gefixeerd, zodat uw baby zich niet in een risicovolle buikpositie kan draaien.

Slapen in buikligging is geïdentificeerd als een van de belangrijkste oorzaken van plotselinge zuigelingensterfte. Slapen op de rug is dus al een goede bescherming. Als u wilt dat uw kind op een zijde slaapt, zorg er dan voor dat hij zich niet op zijn buik kan draaien.